Hoofdstuk 1, Paragraaf 1
In uitvoering

5. Toer 3

1 april 2023

Toer 3 – Kleur A – Voorkant van het werk

Met de toeren van kleur A hebben we aan de start altijd de keus om de lossenketting voorlangs of achterlangs kleur B te leggen. Dit is precies de reden dat het handiger is om de lossenketting al aan het eind van de toer te maken, zodat je duidelijker kunt zien dat je de kleuren juist om hebt liggen. In de geschreven patronen zal steeds aangegeven staan aan het begin van de regel of we kleur A voorlangs of achterlangs leggen. Bij de B kleur toeren staat dan ter controle waar de B kleur moet liggen.

Sommige patroonschrijvers geven aan waar kleur B moet liggen (voor of achter). Let dus extra goed op welke kleur bedoeld wordt in een patroon. Omdat we deze toer met kleur A haken, geven wij aan waar kleur A moet liggen (in dit geval achter kleur B).

Leg kleur A achter kleur B langs, 3 voor (dit is dus stokje voorlangs, losse, stokje voorlangs, losse, stokje voorlangs, losse), 1 achter, 1 voor, 1 achter, 3 voor, losse overslaan, stokje, haak de 4 lossen voor de volgende toer, plaats een steekmarkeerder in de lus.

Toer 3 – Kleur B – voorkant van het werk:

De 4 lossen die je al gemaakt hebt liggen voorlangs. Voor, 2 achter, 2 voor, 2 achter, 1 voor, stokje voor, haak de 4 lossen voor de volgende toer, plaats een steekmarkeerder in de lus.